Koninklijke Metaalunie is met landelijk 15.000 leden de grootste werkgeversorganisatie voor het mkb in de metaal. In Zeeland zijn 400 bedrijven aangesloten die altijd op zoek zijn naar nieuwe mensen en gebaat zijn bij goed geschoold technisch personeel. 

“Voor Metaalunie alle reden om gehoor te geven aan het verzoek van het Huis van de Techniek om zich aan te sluiten bij Sterk Techniekonderwijs Zeeland (STOZ)”, aldus Urbi van der Velden, Metaalunie regiosecretaris West-Brabant en Zeeland.  “De instroom van personeel is zeker niet genoeg om aan de vraag te voldoen. We moeten er dus alles aan doen om die instroom te vergroten. STOZ is gericht op techniek in het vmbo, maar doordat ook het primair onderwijs, mbo en bedrijfsleven erbij betrokken worden, kunnen we samen mooie stappen maken om niet alleen jongeren te enthousiasmeren voor de techniek, maar ook om te waarborgen dat we deze jongeren halverwege niet weer kwijt raken.”

Steeds beter

Urbi ziet de meerwaarde van de voor STOZ gestelde voorwaarde van 10% cofinanciering vanuit het bedrijfsleven. “In het begin werden we nog niet echt betrokken bij de plannen, maar inmiddels zitten er ondernemers in de lokale stuurgroepen, nemen twee van onze leden deel aan de centrale stuurgroep en is een klankbordgroep opgericht waarin ook andere branches zitting nemen die op verzoek van HvdT zijn aangesloten bij STOZ. De samenwerking gaat zo steeds beter. De bedrijven willen ook gewoon heel graag. Heeft een school behoefte aan een gastles? Dan is dat morgen geregeld!”

Noodzaak

Zowel het onderwijs als het bedrijfsleven zal moeten omdenken om grote stappen te maken. Urbi hoopt dat gezamenlijk een goede en sluitende regionale infrastructuur neergezet kan worden waarop blijvend voortgebouwd kan worden, ook nadat het STOZ-project is gestopt. “Het is een noodzaak voor de technische sector.”

Doelgroepen bereiken

Belangrijk bij alles is de communicatie. “Vergeet niet dat een deel van het bedrijfsleven nog nooit van STOZ heeft gehoord. Alle communicatiemiddelen moeten worden ingezet om aandacht voor STOZ te krijgen én te behouden, waarbij steeds de vraag moet worden gesteld: hoe bereik je de grote doelgroep van onderwijs, provincie, leerlingen, ouders en bedrijfsleven? Er gebeurt al veel, maar we mogen ons zeker nog meer laten horen”, aldus Urbi.